In 1920 verzocht galeriehouder Léonce Rosenberg de kunstenaars van De Stijl om gezamenlijk een ‘centrum van cultuur’ te ontwerpen. Vanwege onderlinge onenigheid werkte Theo van Doesburg het idee alleen met Cornelis van Eesteren uit. In plaats van één ontwerp, leverden ze er drie aan: Hôtel Particulier, Maison Particulière en Maison d’Artiste. Deze ontwerpen werden gepresenteerd tijdens de tentoonstelling in Galerie L’Effort Moderne in Parijs in oktober 1923. Daar was ook een ander gezamenlijk project van Van Doesburg en Van Eesteren te zien De Universiteitshal. Geen van de ontwerpen werd uiteindelijk gerealiseerd. Doorgaans wordt aangenomen dat Van Eesteren de architectuur heeft ontworpen en dat Van Doesburg de ontwerpen van primaire kleuren heeft voorzien. De kleurontwerpen van de zijgevels van Maison d’Artiste behoren tot de topstukken van de collectie Theo van Doesburg en de collectie Cornelis van Eesteren in Het Nieuwe Instituut. De restauratie en conservering van de collectie van architect en kunstenaar Theo van Doesburg (1883-1931) is onderdeel van het programma Architectuur Dichterbij.